Het leerlingenvervoer in vijf gemeenten in de provincie Utrecht is voor het overgrote deel gegund aan Willemsen de Koning. Alleen het kleinste van zes percelen ging naar een ander bedrijf: Taxi Walhof uit Ede. De gemeenten Bunnik, De Bilt, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist besteedden gezamenlijk het vervoer van zo’n 600 leerlingen aan.

WdK is geen nieuwkomer in het gebied dat deze vijf gemeenten vormen. Vorig jaar nam Wdk het vervoer van scholieren naar scholen in Amersfoort, Houten, Nieuwegein, Hilversum, Huizen, Soest, Barneveld, Tiel en Wijk bij Duurstede al over van Klomp, dat failliet was gegaan. WdK was toen al in de genoemde gemeenten actief in het leerlingenvervoer naar scholen in andere plaatsen.

Enige inschrijver

De nieuwe opdracht is opgedeeld in zes percelen en betreft vervoerscontracten voor vier jaar, met de optie om deze nog eenmaal met een jaar te verlengen. De gemeenten hebben ervoor gekozen regie en vervoer niet van elkaar te scheiden. Taxi Walhof was de winnende inschrijver op perceel zes: het vervoer van ongeveer tien leerlingen naar onderwijsinstellingen in Neder-Betuwe, Tiel, Vught en Sint-Michielsgestel.

De percelen 1 tot en met 5 werden allemaal aan Willemsen de Koning gegund en variëren in omvang: de grootste omvatte op de peildatum 235 leerlingen, de kleinste betrof het vervoeren van 69 scholieren. In totaal gaat het om ongeveer 600 leerlingen, al kunnen die aantallen uiteraard nog veranderen gedurende de looptijd van het contract. Verschillende inschrijvers werden uitgesloten van de aanbesteding omdat ze de procedures niet volledig hadden gevolgd.

Vaste chauffeurs

Marc Bolderman van Willemsen de Koning is blij met de gunning van het leerlingenvervoer in de vijf gemeenten. “We hebben een deel van het werk in een moeilijke periode overgenomen, dus het is mooi dat nu vrijwel al het leerlingenvervoer in deze regio aan ons is gegund. We hebben het echt gewonnen op kwaliteit en duurzaamheid, en daarnaast hebben we goede plannen ingediend voor innovatie”, aldus Bolderman.

Naast het niet scheiden van regie en vervoer waren er uitgangspunten als goede dienstverlening, aandacht voor duurzaamheid en sturen op de gemaakte afspraken. Onder goede dienstverlening wordt onder meer verstaan het zorgen dat er met vaste chauffeurs wordt gewerkt, het binnen de perken houden van de reisduur en een goede communicatie met alle betrokkenen. Verder is er de mogelijkheid dat de opdracht voor het leerlingenvervoer gedurende de looptijd van vier tot vijf jaar wordt uitgebreid met andere vormen van doelgroepenvervoer. Hier staat echter nog niets over vast.