In korte tijd is er enorm veel vraag naar veiligheidsschermen in taxi’s ontstaan. Dat merken ze ook bij Driver Bubble, een bedrijf dat ruim twee maanden geleden voortkwam uit Taxi Butler en sindsdien zeer snel groeide. Inmiddels worden de schermen van dit bedrijf wereldwijd in duizenden taxi’s toegepast, maar bijvoorbeeld ook in voertuigen voor ziekenvervoer in het Verenigd Koninkrijk.

Driver Bubble bestaat pas net iets meer dan twee maanden, maar de mensen achter dit bedrijf zijn alles behalve nieuw in de taxibranche. Algemeen directeur Thomas Kruyne en vrijwel alle medewerkers zijn afkomstig van Taxi Butler, het apparaat waarmee makkelijk en snel taxi’s kunnen worden besteld in bijvoorbeeld horecagelegenheden. Dat bedrijf werkt in tientallen landen met vele honderden taxicentrales samen.

Maar toen het taxivervoer door de coronacrisis vrijwel helemaal stil kwam te liggen, gebeurde dat ook met de werkzaamheden van Taxi Butler. Waar eerst zo’n 1,5 miljoen ritten per maand werden uitgezet, waren dat er in april nog maar zo’n 73.000. Het bedrijf zag zich dus genoodzaakt om creatief te zijn en kwam via de vestiging in Oost-Europa op het spoor van veiligheidsschermen in auto’s.

Ondersteunen

“Ons doel is van meet af aan geweest om onze ruim veertig medewerkers aan boord te houden en daarom moesten we creatief zijn”, legt Kruyne uit. “In die schermen zagen wij iets om de taxicentrales waar we wereldwijd mee samenwerken te ondersteunen, zodat hun chauffeurs en passagiers veilig weer de weg op kunnen. En als dat gebeurt, komt het werk voor Taxi Butler ook weer een beetje op gang.”

Tekst loopt door onder de afbeelding

Wat alleen niet helemaal was voorzien, is de enorme stroomversnelling waarin Driver Bubble terecht is gekomen. De schermen bleken een schot in de roos bij het wereldwijde netwerk van taxicentrales. Ruim twee maanden na de start werken er al 25 mensen aan de ontwikkeling en verspreiding van de producten. In Amerika, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland is de vraag het sterkst. En ook in onder meer Frankrijk, Australië, Griekenland, Nieuw-Zeeland en Japan gaat het hard. “Er zit nog veel meer in de pijplijn, maar elk land heeft weer zijn eigen regels en dat zorgt er ook voor dat het niet overal even snel kan gaan.”

Gevarieerd aanbod

Kruyne schrijft het succes mede toe aan de variëteit in het aanbod. “Iedereen kan bij ons terecht, van de zelfstandige taxiondernemer tot bedrijven met honderden voertuigen. We leveren snel uit voorraad en de schermen zijn dankzij een uniek bevestigingssysteem in vijf minuten te installeren. Ons Shield-scherm van polycarbonaat kost 89,90 euro en is in drie maten beschikbaar, waardoor het in veruit de meeste taxi’s en grotere taxibusjes makkelijk past. Daarnaast hebben we het Flex-scherm van pvc. Dat is met een prijs van 39,90 euro een budgetvriendelijke en toch nette oplossing die met name voor individuele taxiondernemers interessant kan zijn.”

Nieuw product

De ontwikkelingen beperken zich niet tot de taxisector. Zo wordt er samengewerkt met de Amerikaanse stadsgemeenten Washington D.C., Los Angeles en San Francisco. Driver Bubble levert verder schermen voor een project van het openbare zorgstelsel NHS in het Verenigd Koninkrijk waarbij meer dan 600.000 vrijwilligers betrokken zijn. Zij vervoeren in privé-auto’s zieke mensen vervoeren in coronatijd en de schermen zorgen dat dit veilig verloopt. En ook steeds meer bedrijven met of gebaseerd op taxi-apps tonen belangstelling. De volgende stap is het product waar het bedrijf zijn naam aan ontleent: een daadwerkelijke ‘bubble’ voor de chauffeur.

“De huidige oplossingen scheiden de achterbank en de stoelen voorin van elkaar af. Maar het zou natuurlijk erg fijn zijn als de bijrijdersstoel ook weer gebruikt kan worden om passagiers te vervoeren”, legt Kruyne uit. “Ons nieuwste product is daarom de Driver Bubble One, die de chauffeur en passagier volledig van elkaar afschermt. Wat ook verder inspeelt op het advies van de Rijksoverheid om een afscherming te plaatsen wanneer anderhalve meter afstand houden niet mogelijk is. Dat scherm verwachten we in de tweede week van juni op de markt te brengen.”