Minister Bruins van Medische Zorg ziet niets in een minimale vergoeding per kilometer voor ziekenvervoer om problemen met dat vervoer te voorkomen. Volgens Bruins zijn deze tarieven een zaak tussen zorgverzekeraars en taxibedrijven. Dat zegt de minister in antwoord op Kamervragen van Henk van Gerven (SP).

Van Gerven diende zijn vragen in na een uitzending van Radar Radio. Dat programma kreeg veel meldingen van mensen die ziek zijn en voor behandelingen meerdere keren per week naar het ziekenhuis moeten. Daarvoor maken zij gebruik van taxibedrijven waar hun zorgverzekeraars contracten mee hebben. In de praktijk gaat het geregeld mis, met taxi’s die niet of veel te laat arriveren of combinaties maken met ander vervoer. Daardoor missen mensen vaak behandelingen of zitten ze na afloop daarvan soms uren in de taxi.

Afspraken over kilometervergoeding

In het item kwam ook aan bod dat de lage kilometervergoedingen het voor de taxibedrijven lastig maken om het ziekenvervoer te bolwerken. Dat was voor Van Gerven aanleiding om onder meer te vragen naar de mogelijkheid om met minimumprijzen per kilometer te gaan werken. Maar dat ziet minister Bruins dus niet zitten. De zorgverzekeraar maakt volgens hem afspraken met taxivervoerders voor het (zittend) ziekenvervoer.

“Onderdeel van die afspraken zijn, naast een kilometervergoeding, ook tijdigheid van het vervoer en het samen reizen met andere klanten. Ik heb als minister geen rol bij deze inkooponderhandelingen en meng mij dan ook niet in de individuele contractafspraken tussen een zorgverzekeraar en een zorgaanbieder.” Volgens Bruins moet een zorgverzekeraar een vervoerder er op aanspreken als deze zijn werk niet goed genoeg doet. En een verzekerde kan op zijn beurt de verzekeraar aanspreken op diens zorgplicht als deze onvoldoende wordt nageleefd.

Lees ook: Kamervragen over gemiste ziektebehandelingen voor late taxi’s