Taxibord station

Gelderland wil geen integratie zorgvervoer en aanvullend OV

Taxibord station. Bron: TaxiPro: VK

De provincie Gelderland wil het aanvullend openbaar vervoer lostrekken van het regiotaxivervoer. Dit deur-tot-deurvervoer, zo’n 4 procent van alle regiotaxi-ritten, wordt in de markt gezet als halte-tot-haltetaxi. Hiermee gaat de provincie tot ongenoegen van veel gemeenten in tegen het advies om de twee vervoerssystemen juist te integreren. 

De provincie Gelderland verzorgde het regiotaxivervoer aanvankelijk zelf, maar dit is sinds 2017 gedecentraliseerd naar zes regio’s. Het aanvullend openbaar vervoer, ook wel het OV-vangnet genoemd, wordt uitgevoerd door de zes Gelderse regiotaxisystemen. Deze dienst is een beleidswens geweest van de provincie om er voor te zorgen dat ook met minder grote lijndiensten de bereikbaarheid binnen de provincie gegarandeerd blijft.

Petra Borsboom, woordvoerder van de provincie Gelderland, legt uit dat het systeem op deze manier echter niet werkt. “Maar 4 procent van de reizigers gebruikt het OV-vangnet, en dat zijn vaak mensen die het per toeval kennen of er op zijn gewezen omdat ze net geen wmo-indicatie krijgen. Maar dat is niet zoals het systeem bedoeld was. Het ging namelijk vooral om het voor- en natransport bij het openbaar vervoer.” 

Om van het OV-vangnet een volwaardige aanvulling op het openbaar vervoer te maken zet de provincie deze ritten nu als halte-tot-haltetaxi in de markt onder de naam HaltetaxiRRReis. Dirk van Uitert is onafhankelijk voorzitter van de Regionale Adviesraad Doelgroepenvervoer Arnhem-Nijmegen en heeft samen met een aantal regio’s gepoogd om de provincie al in het voortraject op andere gedachten te brengen.

Twee systemen parallel aan elkaar

De adviesraad wil juist dat het regiotaxivervoer en het openbaar vervoer meer in elkaar worden geschoven, zodat het efficiënter en betaalbaarder wordt. “Er ontstaat een situatie dat er met het relatief dure haltetaxisysteem op hetzelfde moment een busje van halte-tot-halte rijdt terwijl er ook een busje van deur-tot-deur via de regiotaxi rijdt. Onze insteek is dat de invoer van het haltetaxisysteem met een jaar wordt uitgesteld en er in die tijd samen met de zes Gelderse regio’s een systeem voor aanvullend vervoer wordt georganiseerd. De ene keer een scholierenrit, de andere keer een wmo-rit van deur-tot-deur en de volgende keer een ov-rit van halte-tot-halte.” 

Math van den Beucken is directeur van Avan, dat het doelgroepenvervoer verzorgt in de regio Arnhem en Nijmegen. “In opdracht voor de provincie organiseren wij nu het OV-vangnet. Wij doen dit met dezelfde voertuigen in combinatie met onze wmo-reizigers van deur-tot deur.” Van den Beucken staat achter het idee van de invoer van een halte-tot-haltetaxi, maar stelt dat het geëxploiteerd had moeten worden in samenhang met het wmo-vervoer, zoals dat nu ook plaatsvindt. “In dit gebied bieden wij al vervoer en de provincie besluit nu om parallel daaraan ook met kleinschalige voertuigen iets nieuws te organiseren.” 

De zorg van de gemeenten is dat de provincie voor een klein aantal ritten een aparte organisatie neerzet, terwijl het in hun optiek naar verhouding veel kosten met zich meebrengt. “Wij zouden liever hebben dat dit geld in het totale vervoer werd geïnvesteerd.”

Verschillende reizigers met verschillende behoeften

Borsboom stelt dat er is gekozen om het aanvullend openbaar vervoer los te trekken van het regiotaxivervoer omdat de provincie verwacht dat beide systemen hiermee worden geoptimaliseerd. “Het profiel van de OV-reiziger verschilt sterk van dat van de wmo-reiziger. Zo heeft de OV-reiziger andere behoeften wat betreft het plannen van de reis. Ze willen flexibeler reizen en ze hebben ook andere redenen om te reizen.” Een belangrijke reden dat de provincie zelf de regie wil hebben over het vervoer is om besluitvormingstrajecten te vereenvoudigen. “Zo kunnen we de komende jaren sneller inspelen op ontwikkelingen, zoals nu COVID-19 in relatie tot het openbaar vervoer.” 

De provincie stelt dat de adviezen voor de integratie van het openbaar vervoer en het regiotaxivervoer gehoord zijn, maar gaat hier niet in mee. “We hebben begrip voor het standpunt van de adviesraad, maar wij hebben heel Gelderland te bedienen en kijken ook naar het belang van de OV-reiziger. Als je dit vervoer in heel Gelderland in een keer aanbesteed denken wij dat we een volwaardige en eenduidige aanvulling op het openbaar vervoer kunnen maken.”

Komende jaren geen verdere integratie

Van den Beucken is teleurgesteld in het besluit van de provincie. “Wij hadden al vanaf 1 januari 2022 de stap kunnen zetten om het deur-tot-deurvervoer dat we nu verzorgen te combineren met halte-tot-haltevervoer. Dat hebben wij ook bij de provincie aangeboden, maar helaas krijgen we een nee.” Omdat de overeenkomst met de nieuwe vervoerder naar zijn verwachting vijf tot zes jaar zal duren, zit een verdere integratie van de systemen er de komende jaren ook niet in. “Hartstikke jammer. De provincie mist hierdoor een kans.” 

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Word nu TaxiPro Premium abonnee en krijg toegang tot alle vakinformatie over de taxibranche en het zorgvervoer. Daarnaast ontvangt u korting op onze taxi evenementen.

Abonneren

Auteur: Elisabetta Santangelo

Elisabetta Santangelo is de vaste redacteur van TaxiPro.

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.

Gelderland wil geen integratie zorgvervoer en aanvullend OV | TaxiPro
Taxibord station

Gelderland wil geen integratie zorgvervoer en aanvullend OV

Taxibord station. Bron: TaxiPro: VK

De provincie Gelderland wil het aanvullend openbaar vervoer lostrekken van het regiotaxivervoer. Dit deur-tot-deurvervoer, zo’n 4 procent van alle regiotaxi-ritten, wordt in de markt gezet als halte-tot-haltetaxi. Hiermee gaat de provincie tot ongenoegen van veel gemeenten in tegen het advies om de twee vervoerssystemen juist te integreren. 

De provincie Gelderland verzorgde het regiotaxivervoer aanvankelijk zelf, maar dit is sinds 2017 gedecentraliseerd naar zes regio’s. Het aanvullend openbaar vervoer, ook wel het OV-vangnet genoemd, wordt uitgevoerd door de zes Gelderse regiotaxisystemen. Deze dienst is een beleidswens geweest van de provincie om er voor te zorgen dat ook met minder grote lijndiensten de bereikbaarheid binnen de provincie gegarandeerd blijft.

Petra Borsboom, woordvoerder van de provincie Gelderland, legt uit dat het systeem op deze manier echter niet werkt. “Maar 4 procent van de reizigers gebruikt het OV-vangnet, en dat zijn vaak mensen die het per toeval kennen of er op zijn gewezen omdat ze net geen wmo-indicatie krijgen. Maar dat is niet zoals het systeem bedoeld was. Het ging namelijk vooral om het voor- en natransport bij het openbaar vervoer.” 

Om van het OV-vangnet een volwaardige aanvulling op het openbaar vervoer te maken zet de provincie deze ritten nu als halte-tot-haltetaxi in de markt onder de naam HaltetaxiRRReis. Dirk van Uitert is onafhankelijk voorzitter van de Regionale Adviesraad Doelgroepenvervoer Arnhem-Nijmegen en heeft samen met een aantal regio’s gepoogd om de provincie al in het voortraject op andere gedachten te brengen.

Twee systemen parallel aan elkaar

De adviesraad wil juist dat het regiotaxivervoer en het openbaar vervoer meer in elkaar worden geschoven, zodat het efficiënter en betaalbaarder wordt. “Er ontstaat een situatie dat er met het relatief dure haltetaxisysteem op hetzelfde moment een busje van halte-tot-halte rijdt terwijl er ook een busje van deur-tot-deur via de regiotaxi rijdt. Onze insteek is dat de invoer van het haltetaxisysteem met een jaar wordt uitgesteld en er in die tijd samen met de zes Gelderse regio’s een systeem voor aanvullend vervoer wordt georganiseerd. De ene keer een scholierenrit, de andere keer een wmo-rit van deur-tot-deur en de volgende keer een ov-rit van halte-tot-halte.” 

Math van den Beucken is directeur van Avan, dat het doelgroepenvervoer verzorgt in de regio Arnhem en Nijmegen. “In opdracht voor de provincie organiseren wij nu het OV-vangnet. Wij doen dit met dezelfde voertuigen in combinatie met onze wmo-reizigers van deur-tot deur.” Van den Beucken staat achter het idee van de invoer van een halte-tot-haltetaxi, maar stelt dat het geëxploiteerd had moeten worden in samenhang met het wmo-vervoer, zoals dat nu ook plaatsvindt. “In dit gebied bieden wij al vervoer en de provincie besluit nu om parallel daaraan ook met kleinschalige voertuigen iets nieuws te organiseren.” 

De zorg van de gemeenten is dat de provincie voor een klein aantal ritten een aparte organisatie neerzet, terwijl het in hun optiek naar verhouding veel kosten met zich meebrengt. “Wij zouden liever hebben dat dit geld in het totale vervoer werd geïnvesteerd.”

Verschillende reizigers met verschillende behoeften

Borsboom stelt dat er is gekozen om het aanvullend openbaar vervoer los te trekken van het regiotaxivervoer omdat de provincie verwacht dat beide systemen hiermee worden geoptimaliseerd. “Het profiel van de OV-reiziger verschilt sterk van dat van de wmo-reiziger. Zo heeft de OV-reiziger andere behoeften wat betreft het plannen van de reis. Ze willen flexibeler reizen en ze hebben ook andere redenen om te reizen.” Een belangrijke reden dat de provincie zelf de regie wil hebben over het vervoer is om besluitvormingstrajecten te vereenvoudigen. “Zo kunnen we de komende jaren sneller inspelen op ontwikkelingen, zoals nu COVID-19 in relatie tot het openbaar vervoer.” 

De provincie stelt dat de adviezen voor de integratie van het openbaar vervoer en het regiotaxivervoer gehoord zijn, maar gaat hier niet in mee. “We hebben begrip voor het standpunt van de adviesraad, maar wij hebben heel Gelderland te bedienen en kijken ook naar het belang van de OV-reiziger. Als je dit vervoer in heel Gelderland in een keer aanbesteed denken wij dat we een volwaardige en eenduidige aanvulling op het openbaar vervoer kunnen maken.”

Komende jaren geen verdere integratie

Van den Beucken is teleurgesteld in het besluit van de provincie. “Wij hadden al vanaf 1 januari 2022 de stap kunnen zetten om het deur-tot-deurvervoer dat we nu verzorgen te combineren met halte-tot-haltevervoer. Dat hebben wij ook bij de provincie aangeboden, maar helaas krijgen we een nee.” Omdat de overeenkomst met de nieuwe vervoerder naar zijn verwachting vijf tot zes jaar zal duren, zit een verdere integratie van de systemen er de komende jaren ook niet in. “Hartstikke jammer. De provincie mist hierdoor een kans.” 

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Word nu TaxiPro Premium abonnee en krijg toegang tot alle vakinformatie over de taxibranche en het zorgvervoer. Daarnaast ontvangt u korting op onze taxi evenementen.

Abonneren

Auteur: Elisabetta Santangelo

Elisabetta Santangelo is de vaste redacteur van TaxiPro.

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.