Taxichauffeur nu echt de cel in na dodelijke aanrijding drie jaar terug
Een taxichauffeur die in mei 2019 in Breda een destijds 28-jarige fietser doodreed moet definitief zijn celstraf van acht maanden uitzitten. De man was in cassatie gegaan bij de Hoge Raad nadat het gerechtshof in Den Bosch hem vorig jaar de gevangenisstraf oplegde. De Hoge Raad heeft zijn cassatieverzoek niet-ontvankelijk verklaard. Dat betekent dat zijn straf nu onherroepelijk is.
De taxichauffeur reed drie jaar geleden ’s nachts met hoge snelheid over de Westerparklaan in Breda. Vermoedelijk was zijn snelheid boven de 100 kilometer per uur, terwijl op die weg een maximumsnelheid van 50 kilometer per uur geldt. Toen de man een rood verkeerlicht negeerde omdat hij afgeleid was door het kijken op zijn telefoon, raakte hij een fietser. De fietsende man, die groen licht had, raakte daarbij zo zwaar gewond dat hij kort na de aanrijding overleed.
Zwaardere straf in hoger beroep
In eerste instantie veroordeelde de rechtbank in Breda de taxichauffeur in 2020 tot een taakstraf van 240 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden. In het hoger beroep, dat de officier van justitie had ingesteld, maakte het gerechtshof in Den Bosch daar acht maanden cel van en een rijverbod van drie jaar, waarvan één jaar voorwaardelijk en een proeftijd van drie jaar.
Nu de Hoge Raad het cassatieverzoek van de taxichauffeur niet-ontvankelijk heeft verklaard, moet hij die celstraf ook echt uitzitten.
Lees ook:
