OV-op-Maat wint terrein als uitkomst lege bussen en hoge kosten wmo-taxi
In rurale gebieden en kleine kernen rijden openbaar vervoerbussen regelmatig leeg rond. Dit is kostbaar en slecht voor het milieu en dus niet langer een logische optie. Tegelijkertijd lopen de kosten voor doelgroepenvervoer in deze gebieden op. Vanwege de beperkte reisvoorzieningen wordt namelijk vaker de wmo-taxi gepakt. Transdev zag in OV-op-Maat de uitkomst en startte twee pilots. Met TaxiPro delen zij de eerste reacties en bevindingen.
“De wereld van mobiliteit is aan het veranderen en de coronacrisis heeft dit in een stroomversnelling gebracht”, stelt Lucien Brouwers, directeur Transport on Demand bij Transdev, het moederbedrijf van onder andere Connexxion. “De reizigersaantallen in het openbaar vervoer nemen af en in het doelgroepenvervoer is er druk op de budgetten. De gemeenten worstelen met het feit dat er veel vergrijzing is en dat daardoor meer mensen aanspraak doen op het wmo-vervoer.”
Transdev vindt verandering op beide gebieden dan ook van groot belang. “Er wordt al jaren nagedacht over manieren om ervoor te zorgen dat mensen vanuit het doelgroepenvervoer meer gebruik gaan maken van het OV. Wij willen hierin geen afwachtende houding aannemen, maar proactief zijn”, stelt Brouwers. Eerder heeft Transdev al flexibele vervoersdiensten op bestelling uitgerold zoals BravoFlex, AMLFlex en BrengFlex. Deze diensten waren voornamelijk gericht op de OV-tak. “De tak van het doelgroepenvervoer bleef daarentegen onderbelicht.”
De budgetten voor het openbaar vervoer en het doelgroepenvervoer zijn gescheiden van elkaar. “De gemeenten voelen zich verantwoordelijk voor de kwetsbaren die aangewezen zijn op het doelgroepenvervoer en de provincie voor zo goed mogelijk openbaar vervoer. Deze belangen staan soms haaks op elkaar.” Brouwers meent dat de verschillende partijen wel inzien dat het van belang is om één budget voor beide vervoersvormen te hebben om het vervoer efficiënter in te kunnen richten, maar dat de discussie hierover stroperig verloopt.
Gesprekken in meerdere gebieden
Daarom besloot Transdev om niet op de vereniging van de budgetten te wachten. Het bedrijf ging zelf aan de slag met het creëren van synergie tussen beide vervoersvormen met OV-op-Maat. “Diverse kleine kernen en wijken van kleine steden worden hierbij met voertuigen voor het doelgroepenvervoer verbonden met het OV. Reizigers kunnen een rit van bepaalde haltes naar een overstaphalte of knooppunt tot een uur van tevoren telefonisch of via de speciale app reserveren.”
Afhankelijk van de afspraken die met de opdrachtgever worden gemaakt, kan er op verschillende manieren betaald worden. Vooraf met iDeal, in het voertuig met de PIN of met de OV-chipkaart met een vooraf erop geplaatst product, zoals een abonnement of studenten OV-kaart. De nieuwe betaalmethoden zullen volgens Transdev later ook ondersteund worden.
Lees ook: ‘Moment om doelgroepenvervoer en OV te integreren is aangebroken’
Momenteel lopen er twee pilots van zes maanden met deze vorm van vervoer. Één sinds december 2021 in delen van de gemeenten Aalsmeer en Amstelveen en de ander sinds januari 2022 in Hoeksche Waard/Goeree Overflakkee. Daarnaast stelt Brouwers dat er ook vanuit meerdere andere provincies en gemeenten animo is voor pilots. Hierover worden momenteel gesprekken gevoerd.
Geen voertuig voor specifiek deze dienst
“In tegenstelling tot eerdere flexprojecten laten we het vervoer zoveel mogelijk uitvoeren door de uitvoerder van het doelgroepenvervoer in de regio”, legt Brouwers uit. “De ritten worden geïntegreerd in de planning van het doelgroepenvervoer. Zo is het niet nodig dat er een voertuig specifiek voor dit vervoer wordt vrijgehouden. Als een chauffeur bijvoorbeeld een regiotaxirit heeft gereden en na afloop dichtbij het ophaaladres van een OV-op-Maatreiziger komt, kan deze chauffeur dit oppakken. Op die manier heb je zo min mogelijk lege kilometers en kan er optimaal gebruik worden gemaakt van de bestaande systemen.”
Op plekken waar Transdev niet verantwoordelijk is voor zowel het doelgroepenvervoer als het OV, worden gesprekken gevoerd met de concessiehouders. “Zo verzorgen wij in Aalsmeer het openbaar vervoer, en voert A-Tax de Vries, het bedrijf dat daar verantwoordelijk is voor doelgroepenvervoer, de OV-op-Maat-ritten uit. We weten dat niet alle taxibedrijven nu staan te springen om mee te werken. De chauffeurstekorten zijn net als in het openbaar vervoer groot.” Brouwers stelt dat de meeste bedrijven wel geloven in deze oplossing. “Soms moet er daarom samen gezocht worden hoe hier invulling aan kan worden gegeven.”
Vooraf bestellen is meer service
Hoewel er iets anders wordt gevraagd van de reiziger dan wat ze gewend zijn vanwege de reserveringsplicht, voorziet OV-op-Maat volgens Brouwers beter in hun behoeften. “Reizigers waren heel erg gebonden aan een tijd in de dienstregeling. Nu kan er altijd een rit besteld worden. Bovendien is de reis voor de doorgaande reiziger sneller en goedkoper, ook als er op saldo wordt gereisd. Er worden namelijk minder onnodige bewegingen gemaakt. Zo wordt er ook winst gemaakt op het gebied van duurzaamheid en het is fijn voor de omgeving. In Aalsmeer gaan er bijvoorbeeld 36 minder bewegingen per dag door de dorpskernen. Voor de doorgaande reiziger levert dit vijf minuten tijdswinst op per rit.”
De reizigers zijn volgens hem dan ook te spreken over deze vervoersoplossing. “Natuurlijk zijn ze in het begin sceptisch. Zo horen we vaak: ‘Als de taxi volzit, heb ik een probleem.’ Dit is onterecht. De ritten worden besteld en aan de hand van de capaciteit maken wij een planning. Wij zorgen ervoor dat iedereen die het vervoer bestelt, dit ook krijgt op de gewenste tijd. Vooraf bestellen is niet minder service, maar juist meer. We rijden op het moment dat de reiziger dit nodig heeft.”
Later onderdeel van MaaS
De eerste twee pilots van OV-op-Maat lopen in de zomer af. Na evaluatie kan er besloten worden om nog eens zes maanden door te gaan. “Het loopt nog niet storm, maar wij zijn zeer tevreden.” De komende tijd zal blijken in welke gebieden er nog meer pilots van start zullen gaan. “Natuurlijk in de gebieden waar wij zelf concessiehouder zijn, maar ook in concessiegebieden van andere vervoerders in het OV. Dit alles met als doel om te komen tot een efficiënte, snelle en flexibele mobiliteitsoplossing die mogelijk later onderdeel kan worden van MaaS.”
Lees ook: ‘Vaak geen kostenbesparing als gebruikers zorgvervoer zelfstandig gaan reizen’