‘Minimaal 50 waterstoftankstations voor 2025, daar gaan we voor’
Doelgroepenvervoer op waterstof staat nog in de kinderschoenen in Nederland. Toch wordt er achter de schermen hard gewerkt om waterstof op de kaart te zetten naast batterijelektrisch vervoer. Er zijn echter wel genoeg waterstoftankstations nodig om hierin te slagen. Het ministerie van IenW en het H2-platform willen er daarom minimaal vijftig realiseren voor 2025.
Dit vertelde ambassadeur van het ministerie van IenW voor de toepassing van waterstof in het doelgroepenvervoer Lisette de Lijster de Raadt op het Nationaal Congres Contractvervoer 2021. Zij is er van overtuigd dat waterstof en batterijelektrisch elkaar kunnen aanvullen als duurzame alternatieven voor diesel of benzine. “Op waterstof kan ver gereden worden. Daarom kan het voor de verre afstanden een oplossing zijn.”
Om te kijken wat de mogelijkheden van waterstof in het doelgroepenvervoer zijn, heeft het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat samen met het H2-platform een verkenning gedaan onder verschillende partijen. Hieruit is het stimuleringsconvenant ‘Waterstof in beweging’ voortgekomen, waarin een aantal uitgangspunten is gedefinieerd om vervoer op waterstof groter te maken. Een belangrijk punt is het realiseren van voldoende waterstoftankstations.
De Lijster de Raadt benadrukt het belang hiervan. “De scope is vijftig waterstoftankstations voor 2025, maar ik zou zeggen: laten we er minimaal vijftig neerzetten, want het moet gewoon gaan lopen.” Daarnaast moeten er ook meer waterstofvoertuigen ontwikkeld worden. “Alle typen voertuigen: van OV-bussen tot bussen voor het doelgroepenvervoer maar ook personenauto’s. Dan hebben we de kip en het ei: voertuigen en stations. Hier begint het mee.”
Vanaf 2022 vijf waterstofstations in de Drechtsteden
Naast deze ambassadeursrol is De Lijster de Raadt ook directeur van Stroomlijn, een publiek mobiliteitsplatform van zeven gemeenten in de Drechtsteden. Na het opstellen van het convenant is Stroomlijn samen met het ministerie, het H2-platform, kennisplatforms en andere partijen begonnen met het stellen van doelen. “Wij zijn het gewoon gaan doen. Uiteindelijk heeft dit erin geresulteerd dat wij vanaf 2022 vijf waterstofstations in de Drechtsteden krijgen.”
Vijf stations voor 300.000 inwoners. “De vergunningen zijn al rond, ze gaan er komen.” Daarbij krijgt Stroomlijn volgend jaar ook de eerste waterstofbus voor het doelgroepenvervoer geleverd. Het gaat om een waterstofbus van Renault die Tribus samen met een Engels bedrijf zal gaan ombouwen. Erik Henneken van Tribus legt uit dat zij dit hebben gedaan omdat zij open staan voor alle soorten brandstoffen, als het maar zero-emissie is. “Maar met batterijen kom je soms niet ver genoeg. Daarom is waterstof op ons netvlies komen te staan.”
De uitdagingen
Zero-emissie doelgroepenvervoer kent echter wel uitdagingen, vooral op het gebied van gewicht. “We zien meer batterijcapaciteit op de markt komen maar daarmee neemt het gewicht toe. Uiteindelijk willen we gewoon lichtgewicht voertuigen die we kunnen ombouwen, zodat je acht personen en drie of vier rolstoelen tegelijk kunt meenemen”, aldus Henneken.
Stroomlijn is de uitdaging in ieder geval aangegaan. Volgens De Lijster de Raadt is de stap naar waterstof mogelijk met de juiste partners en wilskracht. “Het is vijf voor twaalf, de kabinetsplannen worden nu gemaakt dus het is belangrijk dat wij gesteund worden in onze lobby. Als vervoerders en opdrachtgevers kunnen wij er samen voor zorgen dat er voldoende geld beschikbaar komt voor waterstof in het doelgroepenvervoer.”
Lees ook:
Hoe maak je waterstof zonder uitstoot?
Wanneer dat met aardgas of kolencentrale’s moet, schiet het niet erg op.
Je zal niet om kerncenteale’s heen kunnen om waterstof emissie vrij te produceren.
Die hebben we veel te weinig.
De vraag is: Hoe wil het ministerie van IenW waterstof uitstoot vrij produceren?