Zeeland klopt aan bij overheid voor ov-plan: ‘Cruciale rol voor IenW’
De provincie Zeeland vraagt het Rijk om hulp omtrent de implementatie van het nieuwe vervoersplan, dat in 2025 gerealiseerd moet zijn. In een brief aan staatssecretaris Vivianne Heijnen (Infrastructuur en Waterstaat) maakt het provinciebestuur duidelijk dat het ministerie een “cruciale rol” speelt in de slagingskans van het kersverse ov-plan.
Het vervoer in Zeeland gaat er vanaf 2025 heel anders uitzien. Vanaf dat jaar kunnen reizigers namelijk kiezen uit een mix van (openbare) vervoersmiddelen en opstappunten, waar op een comfortabele manier gewacht kan worden op verschillende typen vervoer. Reizigers maken binnen het nieuwe vervoerssysteem gebruik van slimme apps, waarmee reizen gepland, geboekt en betaald kunnen worden. Vervoersvormen zoals de flextaxi en doelgroepenvervoer, spelen hierin een cruciale rol. Zo zullen vanaf 2025 meer flextaxi’s en kleine busjes rondrijden in Zeeland, zo meldde de provincie eind maart.
Regelruimte
Om dit plan te realiseren, heeft Zeeland hulp nodig van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW), zo schrijft het provinciebestuur in een brief aan staatssecretaris Vivianne Heijnen. Volgens hen moet binnen de Wet Personenvervoer (WP2000) regelruimte gecreëerd worden om het fijnmazig multimodale netwerk, inclusief doelgroepenvervoer, mogelijk te maken. Daarnaast moet het voor de provincie mogelijk gemaakt worden om blauw gekentekende voertuigen in te zetten in de avonduren, wanneer deze niet gebruikt worden door taxibedrijven. Dit om het beperkte ov-aanbod in de avonduren op te vangen.
Transitiegeld
Naast deze praktische zaken is volgens de provincie Zeeland ook een grote zak geld nodig om deze vervoerstransitie te bewerkstelligen. “Het is van belang dat er transitiegelden beschikbaar zijn, zodat er getest en aangetoond kan worden dat een nieuw systeem werkt”, aldus het provinciebestuur. “Vanwege het uitgestrekte gebied met weinig inwoners, zijn extra financiële middelen een belangrijke voorwaarde om van de kant te komen. Het hele basismobiliteitsaanbod moet bij het ingaan van de nieuwe concessie gerealiseerd zijn. Daar is transitiegeld voor nodig.”
Het nieuwe Zeeuwse vervoerssysteem kan als landelijk voorbeeld dienen. Daarom is de provincie van mening dat het ministerie haar steentje moet bijdragen aan de realisatie daarvan. “Voor het ministerie van IenW is het van wezenlijk belang om in te zetten op deze transitie, omdat ook landelijk duidelijk wordt dat het huidige systeem van lijn- en dienstrooster gestuurd openbaar vervoer (spoor, bus, taxi etc.), volgens de WP2000-regelgeving niet langer houdbaar is in landelijke gebieden als Zeeland.”
Klimaatdoelen
“Het huidig openbaar vervoersysteem wordt steeds duurder en minder bereikbaar voor iedereen als gevolg van onrendabele buslijnen die steeds minder frequent gaan rijden en soms zelfs worden opgeheven”, zo schetst het provinciebestuur de eventuele gevolgen. “Daardoor ontstaan er langere reistijden en zal de leefbaarheid verminderen, doordat er geen ov-verbinding meer is. Dit heeft consequenties voor bijvoorbeeld studiekeuzes bij jongeren, maar ook de levensvatbaarheid van kernen waar het voorzieningenniveau sowieso onder druk staat. Het alternatief is het aanhouden of aanschaffen van een particuliere auto en dat is niet de beweging die we met het oog op klimaatdoelen willen maken.”
Zeeland hoopt op korte termijn hierover met het ministerie in gesprek te gaan.
Lees ook:
