Rechtbank Den Haag

Vrijspraak voor dodelijke overval op taxichauffeur

Bron: Rechtspraak.nl (rechtenvrij)

Twee broers zijn in hoger beroep vrijgesproken voor de overval met dodelijke afloop op een taxichauffeur in Rotterdam. Dat misdrijf vond in 2004 plaats en de broers werden daarvoor in 2014 tot tien jaar onvoorwaardelijke celstraf veroordeeld.  Door het gerechtshof in Den Haag zijn ze echter vrijgesproken omdat het verzamelde bewijsmateriaal onvoldoende is om tot een veroordeling te komen.

De taxichauffeur werd op zondag 29 februari 2004 even na middernacht nabij zijn taxi op de Van Oosterzeestraat in Rotterdam gewond aangetroffen. Hij bloedde uit zijn mond, neus en oor. Hij werd afgevoerd naar het ziekenhuis, waar hij korte tijd later overleed. Alles wees op een overval, maar een verdachte werd destijds niet gevonden.

Dat gebeurde pas in 2010, toen één van de broers die uiteindelijk terecht zouden staan zich bij de politie meldde. Hij stelde informatie te hebben over de daders, maar toen het onderzoek opnieuw werd opgestart kwamen de man en zijn broer als verdachten in beeld. In dezelfde maand als de overval met dodelijke afloop waren in Rotterdam twee andere berovingen op taxichauffeurs voorgevallen. De broers zijn in 2004 voor die feiten veroordeeld.

OM: genoeg bewijs

In 2014 werden de mannen tot tien jaar onvoorwaardelijke celstraf veroordeeld, maar daartegen gingen zij in hoger beroep. Dat diende onlangs. Het Openbaar Ministerie eiste daarin opnieuw tien jaar celstraf. Het pleidooi  was dat er weliswaar een gebrek is aan forensisch bewijs (sporen zoals vingerdrukken), maar er zou genoeg bewijs zijn dat de broers aan de fatale overval linkte. Dit bewijs bestaat onder andere uit diverse getuigenverklaringen en de verklaring van zowel een medegedetineerde als een familielid van de twee.

Maar het hof heeft in hoger beroep dus anders geoordeeld. Ook het nieuw verzamelde bewijsmateriaal, bestaande uit getuigenverklaringen  en enkele telefoontaps, is in de ogen van dat hof onvoldoende om tot een veroordeling te komen. Daarom zijn de broers vrijgesproken van de fatale overval op de taxichauffeur, nu meer dan dertien jaar geleden.

Onopgehelderd gebleven

De rechter is zich bewust van de impact van deze uitkomst, zo blijkt uit een extra toelichting die in de uitspraak is opgenomen. “Het hof realiseert zich dat een vrijspraak, in het bijzonder voor de nabestaanden van het slachtoffer, teleurstellend en onbevredigend is.” Het is namelijk onopgehelderd is gebleven door wie en onder welke omstandigheden de taxichauffeur van het leven is beroofd. De nabestaanden willen dat degene die dit op zijn geweten heeft, wordt bestraft. Ook dat gebeurt in deze zaak vooralsnog niet. Maar, zo stelt het hof: “Een belangrijk uitgangspunt in het Nederlandse strafrecht is dat moet worden voorkomen dat iemand voor een strafbaar feit wordt veroordeeld, terwijl het wettig en overtuigend bewijs voor zijn daderschap ontbreekt.”

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Word nu TaxiPro Premium abonnee en krijg toegang tot alle vakinformatie over de taxibranche en het zorgvervoer. Daarnaast ontvangt u korting op onze taxi evenementen.

Abonneren

Auteur: Vincent Krabbendam

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.

Vrijspraak voor dodelijke overval op taxichauffeur | TaxiPro
Rechtbank Den Haag

Vrijspraak voor dodelijke overval op taxichauffeur

Bron: Rechtspraak.nl (rechtenvrij)

Twee broers zijn in hoger beroep vrijgesproken voor de overval met dodelijke afloop op een taxichauffeur in Rotterdam. Dat misdrijf vond in 2004 plaats en de broers werden daarvoor in 2014 tot tien jaar onvoorwaardelijke celstraf veroordeeld.  Door het gerechtshof in Den Haag zijn ze echter vrijgesproken omdat het verzamelde bewijsmateriaal onvoldoende is om tot een veroordeling te komen.

De taxichauffeur werd op zondag 29 februari 2004 even na middernacht nabij zijn taxi op de Van Oosterzeestraat in Rotterdam gewond aangetroffen. Hij bloedde uit zijn mond, neus en oor. Hij werd afgevoerd naar het ziekenhuis, waar hij korte tijd later overleed. Alles wees op een overval, maar een verdachte werd destijds niet gevonden.

Dat gebeurde pas in 2010, toen één van de broers die uiteindelijk terecht zouden staan zich bij de politie meldde. Hij stelde informatie te hebben over de daders, maar toen het onderzoek opnieuw werd opgestart kwamen de man en zijn broer als verdachten in beeld. In dezelfde maand als de overval met dodelijke afloop waren in Rotterdam twee andere berovingen op taxichauffeurs voorgevallen. De broers zijn in 2004 voor die feiten veroordeeld.

OM: genoeg bewijs

In 2014 werden de mannen tot tien jaar onvoorwaardelijke celstraf veroordeeld, maar daartegen gingen zij in hoger beroep. Dat diende onlangs. Het Openbaar Ministerie eiste daarin opnieuw tien jaar celstraf. Het pleidooi  was dat er weliswaar een gebrek is aan forensisch bewijs (sporen zoals vingerdrukken), maar er zou genoeg bewijs zijn dat de broers aan de fatale overval linkte. Dit bewijs bestaat onder andere uit diverse getuigenverklaringen en de verklaring van zowel een medegedetineerde als een familielid van de twee.

Maar het hof heeft in hoger beroep dus anders geoordeeld. Ook het nieuw verzamelde bewijsmateriaal, bestaande uit getuigenverklaringen  en enkele telefoontaps, is in de ogen van dat hof onvoldoende om tot een veroordeling te komen. Daarom zijn de broers vrijgesproken van de fatale overval op de taxichauffeur, nu meer dan dertien jaar geleden.

Onopgehelderd gebleven

De rechter is zich bewust van de impact van deze uitkomst, zo blijkt uit een extra toelichting die in de uitspraak is opgenomen. “Het hof realiseert zich dat een vrijspraak, in het bijzonder voor de nabestaanden van het slachtoffer, teleurstellend en onbevredigend is.” Het is namelijk onopgehelderd is gebleven door wie en onder welke omstandigheden de taxichauffeur van het leven is beroofd. De nabestaanden willen dat degene die dit op zijn geweten heeft, wordt bestraft. Ook dat gebeurt in deze zaak vooralsnog niet. Maar, zo stelt het hof: “Een belangrijk uitgangspunt in het Nederlandse strafrecht is dat moet worden voorkomen dat iemand voor een strafbaar feit wordt veroordeeld, terwijl het wettig en overtuigend bewijs voor zijn daderschap ontbreekt.”

U las zojuist één van de gratis premium artikelen

Word nu TaxiPro Premium abonnee en krijg toegang tot alle vakinformatie over de taxibranche en het zorgvervoer. Daarnaast ontvangt u korting op onze taxi evenementen.

Abonneren

Auteur: Vincent Krabbendam

Reageren op dit artikel is niet mogelijk.